CUR-Aanbeveling 118
‘Specialistische instandhoudingstechnieken, repareren van beton’
In september verschijnt de nieuwe CUR-Aanbeveling Specialistische instandhoudingstechnieken, repareren van beton. Deze nieuw CUR-Aanbeveling vervangt de vertrouwde CUR-Aanbevelingen 53, 54 en 55.
Nieuwe CUR-Aanbeveling
Met het van kracht worden van de geharmoniseerde Europese normenserie NEN-EN1504 is het noodzakelijk om de oude CUR-Aanbevelingen in lijn te brengen met deze Europese ontwikkelingen. Hiertoe is vanuit de belanghebbende partijen, waaronder VLB als lid van NeMO, het initiatief genomen om onder begeleiding van rapporteur de heer Corné van der Steen een nieuwe CUR-Aanbeveling te maken.
De laatste hobbel die vlak voor de vakantie is genomen is het nadrukkelijk in de CUR-Aanbeveling opnemen van de verklaring dat beton gerepareerd kan worden met:
- Betonreparatieproducten op basis van NEN-EN 1504-3.
- Spuitbeton.
- Betonmortel
Hoogovencement als bindmiddel
Het nadrukkelijk opnemen van deze verklaring is noodzakelijk omdat de betonreparatieproducten conform NEN-EN 1504-3 niet te maken zijn met hoogovencement als bindmiddel. Dit komt omdat in de duurzaamheidstesten die door de NEN-EN1504-3 worden voorgeschreven de gevoeligheid van carbonatatie van het betonreparatieproduct vergeleken moeten worden met de carbonatatiegevoeligheid van een referentiebeton op basis van portland cement.
De Europese norm voor spuitbeton verwijst direct door naar de Europese betonnorm (NEN-EN 206). Op deze manier kan spuitbeton op basis van hoogovencement gewoon gebruikt blijven worden voor betonreparatie doeleinden.
De nu voorliggende CUR-Aanbeveling 118 vraagt voor het product betonreparatiemortel geen andere prestatie eigenschappen dan die in de Europese norm is voorgeschreven. Daarmee sluit de CUR-Aanbeveling naadloos aan bij de Europese regelgeving.
Training
Om inhoudelijke kennis over de nieuwe CUR-Aanbeveling aan de markt kenbaar te maken worden er in oktober door de Betonvereniging een drietal seminars georganiseerd.